....was ik bij een lezing van mijn stage-organisatie Kentalis. Tijdens de lezing, werd mij verteld over Maria Joao Pires. Iedereen die haar kent weet dat zij een geweldige pianiste is. In 1999 is zij uitgenodigd om een Mozart Piano Concerto te spelen tijdens een lunchconcert in Amsterdam. Pires had van te voren het hele pianostuk geleerd en ontzettend goed voorbereid. In de vlucht naar Amsterdam was ze aan het nadenken waar ze haar accenten kon leggen. Ze was redelijk laat toen ze aankwam in Amsterdam en schoof snel achter de piano aan. Het concert begon. Het orkest begon te spelen en in een fractie van een seconde werd haar ongemak duidelijk: dit was een totaal ander muziekstuk. Ze had dit niet voorbereid. De hele zaal met mensen zat vol. Wat moest ze doen?
De dirigent vertelde haar: ‘U heeft het vaker gespeeld, u kunt dit zo goed!’. Haar ongemak werd erger en erger. Ze had hier geen controle meer over. De schrik was van haar gezicht af te lezen. Toch besloot ze het te proberen… In het filmpje hieronder is te zien hoe dit afloopt.
Het is september 2010. Ik als 16-jarig meisje ga naar het Dockinga Collega in Dokkum. Of ga… Ik kan beter zeggen, ik probeer te gaan. Ik vind het lastig, of eerlijk gezegd, doodeng om naar school te gaan. Of in de bus. Of naar vriendinnen. Iedere keer wanneer ik een activiteit wil doen, bekruipt me een ontzettend benauwd gevoel. Ik word zó misselijk en ziek, dat ik voor mijn gevoel, echt niet weg kan gaan. Hoe het komt, ik weet het niet. Ik heb het naar mijn zin op school, maak muziek in een bandje, heb leuke vriendinnen en een lief vriendje. Maar toch op de één of andere manier, word ik iedere keer zo extreem bang om mijn ‘thuis’ te verlaten.
Voor iedereen die heimwee kent, zo voelt dit gevoel voor mij. Wat er ook gebeurt, het enige dat helpt is zo snel mogelijk maken dat ik thuis kom. Want thuis voel ik me goed, beter.
Het is begonnen na een feestje. Ik sliep met een vriendin op zolder bij een vriend thuis. We hebben echt een hele gezellige avond gehad. In de feesttent van Oudkerk hebben we biertjes gedronken, gedanst en gelachen. Rond vijf uur lagen we op bed. Ik viel alleen niet in slaap. Er kroop een gevoel door mijn lijf die me onwijs beangstigde. Mijn hart begon sneller te slaan, ik werd benauwd en ik voelde me misselijk. Nog nooit was ik zo vreselijk bang geweest. Mijn hele gevoel riep dat ik naar huis moest gaan. Dus dat deed ik. Op sokken ben ik naar huis gelopen, want mijn schoenen kon ik zo snel niet vinden. Om half acht ’s ochtends stond ik bij mijn ouders voor de deur.
Die maandag daaropvolgend kreeg ik hetzelfde gevoel tijdens de Duitse les. De misselijkheid begon weer op te spelen, met daaropvolgend de extreme angst. Ik moest en zou weer naar huis en dat deed ik.
Langzaamaan wordt elke activiteit een probleem. Het gevoel begint overal, behalve thuis. Ik kan het niet plaatsen. Hoe kan ik mij zo voelen? Ik haal goede cijfers op het Atheneum, ik sport, maak muziek, heb lieve vrienden, een warme thuisbasis… Hoe kan ik dit ineens krijgen? Een therapeut brengt mij het antwoord: ik heb een burn-out.
Een burn-out? Op je zestiende? Hoe leg je dat uit aan je klasgenoten. Een burn-out is voor oude mensen die het te druk hebben met hun baan. Niet voor pubers op de middelbare school die alleen nog maar hoeven te genieten. Dan vertelt mijn therapeut mij ook nog dat mijn paniekaanvallen beginnen in mijn hoofd. Ik ben zo bang om te falen, dat mijn lichaam er ziek van wordt. Heel gek, want voor mij voelt het andersom. Mijn lichaam wordt ziek en ik heb daar geen enige controle over.
Controle blijkt het sleutelwoord. Of eigenlijk: het loslaten van controle. Alles draait bij mij om controle. Ik wil het goed doen op school. Ik wil alle problemen voor al mijn vriendinnen oplossen. Ik wil iedereen helpen. Ik wil goede muziek maken. Maar vooral: ik wil alles in de hand houden. Zelf doen. Goed doen. Schaamte wordt ineens onderdeel van mijn leven. Als falen voor mij zo’n grote angst is, dan faal ik al helemaal door te moeten mededelen dat ik op mijn zestiende een burn-out krijg. Paniekaanvallen, die beginnen in mijn hoofd. Ik kan ze niet, hoe graag ik ook wil, onder controle krijgen. En juist ík wil zo graag laten zien dat ik alles onder controle heb.
Ik wil het goed doen op school, maar door mijn burn-out moet ik stoppen met school. Een niveautje lager. ‘Ja we weten dat je wel kan leren, maar je kan de druk niet aan, dus het is beter dat je naar de HAVO gaat’. Elke dag, gedurende een jaar, lever ik strijd om op school te komen. Soms is de angst te groot en ga ik niet. Of beter gezegd, meestal ga ik niet. Dus HAVO4 wordt nog een keer HAVO4. Ik word gedwongen om te falen en langzaam leer ik te falen. Fouten maken en de consequenties onder ogen te zien. Het blijkt veel minder erg te zijn dan de paniekaanvallen die ik heb, maar dat leer ik pas later. Naast school, stop ik ook even met sporten. Het is gewoon te veel. Maar waar ik absoluut niet mee wil stoppen is muziek. Hoe bang ik voor een optreden ook ben, tijdens het optreden voel ik me weer heel even de zekere blije Anke.
Inmiddels ben ik zeven jaar verder.
Morgen, 5 april, word ik 24 jaar. De nodige strijd heb ik geleverd en de meeste lessen heb ik geleerd. Toch herkende ik mezelf in het verhaal van Pires gisteren. Ik bereid alles in mijn leven tot in de puntjes voor. Ik zorg dat ik het beste uit mezelf haal en dat ik elke situatie in de hand probeer te houden. Toch heb ik inmiddels zo vaak geleerd dat het leven anders loopt dan dat ik voorbereid heb. Er ontstaat dan, net als in het filmpje, ongemak bij mij. Dit verlies van controle uitte zich vroeger (en af en toe nog steeds) in een paniekaanval. Toch heb ik in de afgelopen zeven jaar beetje bij beetje geleerd om het ongemak los te laten. De controle die ik zo graag wil, kan ik simpelweg niet altijd hebben. De dirigenten in mijn leven zijn mijn ouders. Zij vertellen mij dat ik het echt wel kan. Ze laten me nadenken, om me vervolgens te doen realiseren dat ik het gewoon moet proberen. Ongelooflijk dankbaar ben ik hiervoor. Inmiddels heb ik ook geleerd mijn eigen dirigent te zijn. Ieder nummer dat ik schrijf, elk verhaal dat ik vertel doet me realiseren dat ik kan doen wat ik wil doen. Zo lang ik er maar volledig achter sta, maakt het ook niet uit wat anderen ervan vinden. Let wel: ik probeer alles te doen met de juiste bedoelingen. En daar hoort falen bij. Soms vergeet ik mijn kracht weer even, maar dan laat ik het leven gebeuren en merk ik dat het meeste gewoon nog in mijn hoofd zit. Net als bij Pires.
Door verhalen van anderen, vrienden, maar ook verder weg, weet ik inmiddels hoe vaak een burn-out en paniekaanvallen voorkomen. Ik weet echter, hoe veel mensen het ook hebben (gehad), dat het een eenzaam gevoel is. Het voelt alsof niemand het zou kunnen begrijpen. Ik durf niet te geloven dat ook maar iemand iets aan dit verhaal zou hebben, maar als er één iemand is: weet dat je gevoel niet gek is en dat je er iets aan kan doen.